Saturday, July 13, 2013

ICTY HEEFT DE BEGINSELEN VAN INTERNATIONAAL RECHT BEGRAVEN

Toespraak Ervin Sendijarevic
 11 juli 2013, Den Haag.
  
Het Plein in Den Haag: Dr. Ervin Sendijarevic

Dames en heren, mijn lieve landgenoten, Bosniers en Nederlanders,
Wederom komen we hier weer samen om onze meest dierbaren te herdenken. Het is alweer achttien jaar geleden - achttien jaar mensen - dat onze dierbaren op onhumane en systematische wijze zijn vermoord. Ondanks dat er de afgelopen jaren al zoveel over gezegd is, zijn er geen woorden voor om dit onrecht op passende wijze te omschrijven.
Onze ogen en keel zijn ondertussen kurkdroog geworden, terwijl we gerechtigheid blijven nastreven. Deze gerechtigheid is er echter nog niet. We moeten alsnog blijven doorgaan en hoop houden, niet alleen ter voorkomen van een 11 juli, of een 11 september maar ook  andere gebeurtenissen die ruimte krijgen doordat men niet wil erkennen dat de mens tot zulke gruwelijkheden in staat is. Wij zijn erg moe, maar wij geven nooit op. Wij kunnen ook niet anders dan doorgaan: we hebben deze gebeurtenissen immers met eigen ogen moeten aanschouwen. Wij weten hoe het is om je meest dierbaren te moeten begraven. Wij kunnen er daarom niet omheen. Onze nachtmerries houden ons alert en onvermoeid in het streven naar vrede en gerechtigheid. Wij hebben geen andere keus dan doorgaan.
Helaas zijn de ogen van het tribunaal in Den Haag na achttien jaar zittingen en vervolgingen voor onrecht gesloten. Het tribunaal heeft onlangs besloten de commandoverantwoordelijkheid in het international strafrecht af te schaffen. Dit betekent dat zolang de hersenen achter de gruweldaden van genocide geen direct bevel uitschrijven, zij niet vervolgd kunnen worden.  De verantwoordelijkheid voor de misdaden in Srebrenica wordt nu bij lokale uitvoerders gezocht, terwijl deze onmogelijk op zo’n grootschalige en systematische wijze massamoorden konden realiseren. Het zijn juist de instellingen en de hersenen van bovenaf die deze orders kunnen instrueren en bekrachtigen. De hoofdverantwoordelijken gaan vrijuit zoals in het geval van de vrijspraak van generaal Perisic, Jovica Stanisic en Franko - Frenki Simatovic.
Hiermee is het tribunaal in Den Haag plotseling een campagne begonnen om de Conventie van Geneve en het resultaat van de zittingen in Neurnberg teniet te doen. Inderdaad: in één klap is alles wat na de Tweede Wereldoorlog werd opgebouwd om burgers te beschermen, misdadigers te bestraffen en genocide te voorkomen, verwoest. Mevrouw Hartmann, een uitstekende Franse journaliste die al vanaf het begin bij deze zaak betrokken is, heeft op alle fronten gelijk met haar kritiek op het ICTY. Deze vrijspraak is slechts het puntje van de ijsberg in de reeks aan misstanden die de geloofwaardigheid van het ICTY in de afrondingsfase van haar werk compleet teniet doen. Het lijkt erop dat het ICTY ons aan het einde wil duidelijk maken dat het recht waar we op hoopten, slechts een utopie was. Dat na achttien jaar, dames en heren, we nog steeds geen recht hebben op gerechtigheid. Hoe kunnen wij hiermee verder leven met hoop in die gerechtigheid en vrede? Helpen jullie ons  ajb. als mens tot mens, als mens voor mens. 

Hooggeachte president van het ICTY Meron, ik vraag u, waarom heerst nog steeds dit bittere gevoel van misleiding, wanneer het zogenaamde recht zegeviert? Leest u dan niet het nieuws in de New York Times en The Economist waarin beschreven wordt hoe jullie het internationaal recht hebben begraven en opgeborgen in de lade van een aantal krachtige politici? Beseft u dat de vrijspraak van het tribunaal in Den Haag het Neurnberg model van gerechtigheid voor oorlogsmisdaden volledig ontkent? Beseft u dat uw nieuwe normen binnen het internationale recht zelfs Hitler of Osama Bin Laden niet kunnen vervolgen voor hun gruwelijke misdaden tegen de mensheid? Moet ik  u nog  herinneren aan  de teleurstellende bootschap van uw erevolle  collega  Harhoff  over credibiliteit van ICTY? Heeft u dan niet het commentaar van Popovic, een gerenommeerde Servische advocaat op de vrijspraak van Perisic, Stanisic en Simatovic, gelezen waarin hij uiteenzet dat deze uitspraak een ongekende impact op de geloofwaardigheid van de rechtbank heeft?
De wijzigingen die onlangs zijn doorgevoerd, zijn een klap voor het internationaal strafrecht. Ze zijn niet ingevoerd om recht te laten zegevieren, maar om relaties en militaire bondgenoten elders in de wereld van verantwoordelijkheid te excuseren. Juist daarom zijn de Neurenberg processen zo belangrijk geweest voor onze beschaving. Niet alleen voor het internationale recht, maar ook om het staatsgezag tot verantwoording te kunnen roepen in tijden van oorlog en onrecht, zodat niet geld of politieke macht ons rechtssysteem en gevoel voor gerechtigheid kunnen misbruiken. Helaas leveren uw wijzigingen een precedent om de grootste misdadigers strafrechtelijk te decriminaliseren. De nieuwe uitspraak van het Haagse tribunaal herstelt die immuniteit op het vervolgen van het staatsgezag. Het nalaten van de criteria van het Neurenberg tribunaal voor oorlogsmisdaden maken van het internationaal hof van justitie slechts een gewone provinciale rechtbank voor de vervolging van kruimeldieven en criminelen.

Heren van het Tribunaal bent u zich ervan bewust dat jullie nog niet eens zijn begonnen met de grootste boosdoener van de genocide te veroordelen en jullie haasten je al om de deur van de rechtbank te sluiten? Het gezag en de geloofwaardigheid van het gerecht is dankzij jullie sterk aangetast. Dit is niet alleen pijnlijk en vernietigend voor slachtoffers, maar ook voor iedereen die belang hecht aan vrede, vrijheid en rechtvaardigheid.
Hoewel meer dan 8000 mensen zijn vermoord, hebben zij meer dan 2 miljoen broers, zusters, moeders, vaders en vrienden achtergelaten. We hebben hun lichamen begraven, maar hun ziel woont nog in ons hart, in onze ziel. Onze dierbaren luisteren door onze oren en aanschouwen deze wereld door onze ogen. Beide zijn wij getuige van de waarheid en het onrecht dat nog steeds heerst. Dit kunnen we niet vergeten, ook al zouden we dat willen. We voelen ons machteloos, maar we zijn nog steeds hier en onze slachtoffers leven nog steeds in ons voort.
Vandaag staan we hier om u te waarschuwen niet alleen van het onrecht van gisteren, maar ook het onrecht van vandaag en het onrecht van de toekomst. Wij zijn hier bij elkaar gekomen om Srebrenica te herdenken en zulke onmenselijke praktijken in de toekomst te voorkomen. Als we die wijzigingen toestaan, betekent het dat we de mogelijkheid op herhaling van genocide, etnische zuivering en andere misdrijven toelaten.
Geachte rechters en politici, ik verzoek u niet het onmogelijke te doen, ik verzoek u slechts om te doen wat juist is, wat rechtvaardig is en wat goed is voor de hele wereld en dat is om fascistische en genocidale misstanden te veroordelen. Terug naar gerechtigheid, zodat we over 18 jaar wel met gevoel van rechtvaardigheid terug kunnen kijken naar de beslissingen die nu genomen worden.
Dank u wel.

Monday, July 08, 2013

NATIONALE HERDENKING SREBRENICA GENOCIDE 11. JULI 2013 IN DEN HAAG

CHRIS KEULEMANS: SREBRENICA HERDENKING

Srebrenica herdenking Den Haag, 11 juli 2013 Chris Keulemans Wat zou er van de jongens en mannen geworden zijn als de toekomst niet was gestopt op 11 juli 1995? Hoe zou hun leven eruit hebben gezien? Wat zouden ze in de afgelopen 18 jaar hebben meegemaakt? Als de massamoord niet had plaatsgevonden was Selmo nu 34 geweest. Ik heb hem of zijn familie nooit ontmoet, en kan dus alleen mijn verbeelding laten werken. Toen was hij 16. Ik stel me voor: lui op school, maar een getalenteerde linksbuiten op het voetbalveld. Dat zag iedereen. Ook de scouts van Zjeljo in Sarajevo. Daar debuteerde hij op zijn achttiende, en deed tien minuten mee in de verloren uitwedstrijd tegen Kilmarnock uit Schotland in de eerste kwalificatieronde voor de Uefa Cup. Twee jaar later kwam de transfer naar Hansa Rostock. Hij trouwde er met Aida, die met haar ouders al aan het begin van de oorlog naar Duitsland was gevlucht. Niet veel later debuteerde hij in het nationale elftal van Bosnië-Herzegovina. De Zilveren Jongen, noemden ze hem, naar zijn geboortestad. Hij maakte de opmars van het Bosnische elftal mee. Na de twee onterechte nederlagen tegen Portugal, in de kwalificatiewedstrijden voor het Wereldkampioenschap 2010, nam hij afscheid. Tegenwoordig runt hij met zijn vrouw het spa- en fitnesscentrum Silber aan de rand van Rostock. En elke zomer gaan ze met hun twee kleine kinderen terug naar Srebrenica, want oma maakt de lekkerste burek van de wereld, en met opa mogen ze samen rijden op zijn mooie paard. Ibrahim zou nu 60 zijn. Ik stel me voor: na de oorlog herstelde hij de bakkerij die hij van zijn vader had overgenomen. Eigenlijk was het meer dan een bakkerij. Het was de ochtendroddelfabriek van Srebrenica. Voor elk brood dat hij verkocht kreeg Ibrahim een roddel terug, en die gaf hij weer door aan de volgende klant. Maar het mooie was: Ibrahim was geen kwaadspreker. Hij hield niet van geklaag en gezeur. En dus gaf hij van elk verhaal een mooiere en grappiger versie door. Zodat de straten van Srebrenica dankzij de bakkerij van Ibrahim vol raakten met vrolijke verhalen. Tegenwoordig is hij de trotse opa van vijf kleinkinderen. Dochter Lejla en schoonzoon Bure hebben de bakkerij van hem overgenomen. Hij zelf zit bij mooi weer naast zijn vrouw Meliha op de stoep. Grappige roddels te vertellen aan de klanten van vandaag. Senad zou nu 44 zijn. Ik stel me voor dat het met hem niet zo goed is gegaan. Hij dacht na de oorlog snel rijk te worden met de smokkel van sigaretten, drank en vrouwen. Vrienden van vage vrienden hielpen hem aan de juiste contacten, maar toen ze even later terugkwamen voor geld waren het geen vrienden meer. Senad vluchtte naar Oostenrijk en vandaar naar Spanje. Zijn moeder, die was teruggekeerd naar haar boerderij vlak boven Srebrenica, hoorde nog maar sporadisch van hem. Senad was in het gat gevallen dat de oorlog slaat: het trauma had geen uitweg gevonden, de morele regels waren stuk voor stuk in rook opgegaan, met daarvoor in de plaats een zelfdestructieve obsessie met snel geld, en het onvermogen nog over morgen na te denken. Murat zou nu 83 geweest zijn. Als hij niet vorig jaar was overleden. Ik stel me voor dat hij zijn eerste achterkleinkind nog in de armen heeft gehouden. Daarvoor was hij naar Schiedam gevlogen, waar kleinzoon Nihad werk heeft gevonden als accountant. Murat was toen al ziek en bijna blind. Maar ook een wijze, menslievende familiehistoricus. Na de dood van zijn lieve vrouw Suada, tien jaar geleden, was hij zo mogelijk nog milder geworden. Hij had twee oorlogen meegemaakt en veel familie en vrienden verloren. Maar hij had ook als leraar geschiedenis jarenlang jonge mensen de wereld in gestuurd met het besef dat ons kinderlijk geloof in het goede onuitroeibaar is. Welke gruwelen we ook meemaken, dat geloof is telkens opnieuw het begin, bij elke nieuwe generatie weer. Hij zag het in de wakkere blik van zijn achterkleinzoontje, toen het bij hem op schoot zat. En hij wist dat het zou overleven, ook als hij zelf na een lang en rijk leven verdwenen was. De toekomst is niet gestopt. Ruim achtduizend levens wel, op deze aarde althans. Hun nabestaanden – en velen van u hier op dit plein zijn nabestaanden - hebben moeten vechten met het verlies, met het verdriet om de kinderen en kleinkinderen die ze niet samen zouden krijgen, met de armoede waar ze in terecht kwamen, met een nieuw bestaan in Bosnië of in het buitenland, met het wegkijken van de wereld. Maar de toekomst valt niet te stoppen. De tijd is niet stil blijven staan. Het is 11 juli 2013. Wij worden nog steeds elke ochtend wakker. Nog steeds is elke dag een nieuwe dag. De dood van geliefden kan verlammend werken. Als zij ons verlaten lijkt het alsof de hele wereld even stilstaat. Maar nooit voor lang. Wij zijn niet geboren om verlamd te blijven. We leven verder en we geven de lessen van het leven door, of we kunnen of niet, of we willen of niet. Het beste voorbeeld zijn al die mannen en vooral vrouwen die Srebrenica hebben overleefd. Ze leven met een onzegbare herinnering, en met een verlammend verlies, maar ze leven. Een leven waar een diep gat in is geslagen, maar een leven is het. Met alle ontdekkingen, verrassingen, teleurstellingen, nachtmerries en nieuwe ervaringen vandien. Het is geen leven in stilstand. Het is geen leven dat alleen maar bestaat uit dood, verlies en stagnatie. Het leven is altijd meer dan dat. Het is ook het opbouwen van nieuwe herinneringen, het zoeken naar recht voor wat niet had mogen gebeuren, het waarmaken van ambities waar zij die niet meer bestaan trots op zouden zijn, omdat het gebeurt zoals zij het gewild zouden hebben – en omdat we weten dat ze nog altijd met ons meekijken en denken en leven. Hoe mooi zou het niet geweest om mee te maken hoe het verder was gegaan met Selmo, Ibrahim, Senad, Murat en al die andere achtduizend jongens en mannen. Maar hun toekomst is gestopt. De onze niet. Niet van de mensen die toen in Srebrenica waren. En niet van de mensen die er alles aan willen doen om te voorkomen dat zoiets ooit nog eens gebeurt. Ik moet ook denken dat ene meisje dat vandaag in Potocari wordt begraven. Ze werd vorig jaar gevonden in het kleine graf op de compound van Dutchbat, met vier anderen. Direct na haar geboorte, op 11 juli 1995, werd ze weggenomen van haar moeder Hava Muhic. Maar ze overleed vrijwel onmiddellijk. Ook haar vader Hajrudin overleefde Srebrenica niet. Haar moeder wel, en die leeft nu, met haar zoon van 23, in Frankrijk. Haar moeder wilde het meisje Fatima noemen. Hoe zou het met haar verder zijn gegaan? Ik stel me voor dat ze een gelukkige jeugd had gehad, met veel liefde van haar ouders, grootouders, ooms en tantes. Ze was naar school gegaan, ze had goede cijfers gehaald. En na haar eindexamen had Fatima misschien besloten om in Nederland te gaan studeren. Dan had ze hier kunnen zitten, op een terras aan dit plein, met haar nieuwe vriendinnen. Klaar voor haar studie medicijnen. Klaar om mensen te helpen. Om mensen aan een betere toekomst te helpen.

Monday, July 01, 2013

FOTO-EXPOSITIE "VROUWEN VAN SREBRENICA"

1 juli 2013 - 31 juli 2013 In de hal is in juli de expositie ‘De vrouwen van Srebrenica’ van de Duitse journalist Sead Husic (1974). De grote portretten zijn voor het eerst in Nederland te zien. “Ik bezocht de vrouwen van Srebrenica de eerste keer in juli 2002, om een reportage over hen te schrijven. Wat ik over de vereniging ‘Vrouwen van Srebrenica’ wist, was niet veel. Nieuwsgierig reed ik naar Noord-Bosnische stad Tuzla voor een ontmoeting met Hajra Catic, woordvoerder van de vereniging. Ze was omgeven door honderden portretfoto’s van de vermoorde mannen, jongens en kinderen. Ik bekeek de oude zwart-wit opnames van lachende mannengezichten, polaroidopnames van stralende mensen, foto’s als herinnering: bij nieuwjaarsvieringen, bij verjaardagen, snapshots van gelukkige jongens en mannen op vakantie. Ze kijken serieus en trots in de camera. En dan zijn er foto’s van kinderen. Het jongste kind dat vermoord werd, was zeven jaar oud.” De moslimenclave Srebrenica in Bosnië stond in 1995 onder bescherming van Nederlandse militairen en was door de VN tot ‘safe area’ verklaard. Op 11 juli 1995 werd de enclave door Bosnische Serviërs onder de voet gelopen, waarna ruim 8000 jongens en mannen bij etnische zuiveringen werden vermoord. Op 11 juli 2013 is van 10.00 tot 17.00 uur in het auditorium doorlopend een film te zien over de werkwijze van Sead Husic voor de fotoserie 'Vrouwen van Srebrenica' (met Engelse ondertiteling). Geraakt Sinds de ontmoeting met weduwe Hajra Catic was Sead Husic geraakt door het leed van de vrouwen. Hajra vertelde hem dat het lichaam van haar zoon Nihad nooit is gevonden. De vereniging Vrouwen van Srebrenica strijdt ervoor dat de overheid niet ophoudt met de zoektocht naar vermoorde verwanten totdat de overblijfselen van iedere dode gevonden zijn. “Toen ik mij het jaar daarna intensiever met Srebrenica bezig hield, viel mij op dat de vrouwen in de openbaarheid van de media geen gezicht hebben. Er zijn wel reportagefoto’s van de rouwende vrouwen aan de graven, echter deze beelden zijn te afstandelijk. Ik wilde de vrouwen in de ogen kijken en hun gezichten laten zien. Iedere bezoeker zou de vrouwen in het gezicht moeten kijken,” aldus Husic. Namen In 2011 ging Sead Husic terug naar Tuzla om vrouwen te zoeken die geportretteerd wilden worden. Maandelijks gedenken de vrouwen op de elfde dag hun vermoorde mannen met een protestmars in het centrum van de stad. “Ik vroeg aan iedere vrouw, welke familieleden vermoord zijn om dit bij de foto’s bij te kunnen vermelden. Hoewel ik wist, dat mijn vragen moeilijk zouden zijn, was het erger dan ik verwacht had. Alleen al het uitspreken van de namen viel de vrouwen zwaar.” Ajka Husic (geen familie) betreurde de moord op meer dan zeventig van haar mannelijke verwanten. “Ze begon meerdere keren, veranderde iedere keer de volgorde totdat zij me uiteindelijk radeloos aankeek en vroeg wie van haar zonen ze het eerst moest noemen. Op welke plek zouden haar echtgenoot, vader, broer moeten staan?” Potocari De tweede portretsessie vond – op verzoek van de Vrouwen van Srebrenica – plaats in de hal van de voormalige batterijenfabriek in Potocari, vlakbij Srebrenica. In de barakken naast deze hal was het hoofdkwartier van Dutchbat gestationeerd. De hal is nu een plek om te herdenken. “Toen Suhra Malic voor mijn camera zat, sprak ze de namen van haar vermoorde zonen Fuad en Suad uit en tranen stroomden over haar wangen. Ik was er niet zeker van of ik haar zo zou fotograferen. Van het ene op het andere moment veegde ze haar gezicht af en zei dat ik nu de foto moest maken.” Foto's boven: Hajra Catic verloor haar enige zoon en haar echtgenoot; zij is woordvoerder van de 'Vrouwen van Srebrenica'. De vader, drie broers en drie ooms van Vasvija Kadic werden vermoord. Het bijbehorende foto-boek met alle portretten van gefotografeerde vrouwen is in onze museumwinkel te koop (40 euro).

BEGINSELVERKLARING NATIONALE SREBRENICAHERDENKING 2013

Den Haag- Het Plein, 13 juli 2013

                                       GENOCIDE VAN SREBRENICA HERDENKING
Nederland, erken de waarheid! We zijn hier bijeen om te herdenken dat Srebrenica 18 jaar geleden in handen viel van Servische en Bosnisch-Servische troepen, waarna in een paar dagen tijd meer dan 8.000 mensen werden vermoord. We staan hier samen, mensen die uit Bosnië-Herzegovina komen en andere Nederlanders. Velen van u zijn zwaar geraakt door die massamoord. Voor velen is hun leven door ‘Srebrenica’ verwoest. U heeft vaders, broers, neven, ooms verloren. Kinderen, grootvaders, vrienden. Honderden doden worden vandaag in Potocari begraven. Wij delen hier samen verdriet en wij voelen ons verbonden met de herdenking in Potocari, de begraafplaats bij Srebrenica. 18 jaar geleden werd Srebrenica ingenomen door de Serviërs, ondanks de door de VN toegezegde bescherming van het Nederlandse bataljon, Dutchbat. We kennen de verhalen van de overlevenden. Het bataljon bood nauwelijks weerstand tegen de Servische troepen. Na de val zochten mensen hun toevlucht op de compound in Potocari. Nederlandse militairen hebben geprobeerd – vaak op eigen initiatief - te midden van grote verwarring hulp te bieden, maar ook hebben Nederlandse soldaten, op instructie van hun superieuren, geassisteerd bij het scheiden van mannen en vrouwen. Vele Dutchbatters hebben verklaard dat zij beseften dat deze mannen zeer waarschijnlijk vermoord zouden worden. Het gerechtshof in Den Haag heeft inmiddels vastgesteld dat Bosnische mannen op bevel van Nederlandse officieren van de compound zijn weggestuurd, tegen hun wil overgeleverd aan de Serviërs, een wisse dood tegemoet. Wat betekent deze juridische uitspraak voor onze politici? Wij ervaren tot op de dag van vandaag dat de Nederlandse regering nog steeds de moeilijke ethische en politieke discussies over onze rol bij de massamoord van Srebrenica uit de weg gaat. Nederland geeft nog steeds geen gehoor aan de oproep van het Europees Parlement om van 11 juli een nationale gedenkdag te maken. De Nederlandse regering heeft nooit in heldere, krachtige bewoordingen erkend dat ons land een directe mede-verantwoordelijkheid draagt voor de dood van meer dan 8.000 mensen in Srebrenica. Nooit is tegen de overlevenden gezegd dat we op kritieke punten tekort zijn geschoten. Nooit is een open gesprek aangegaan. Nooit zijn excuses aangeboden! Deze ontkenning doet pijn. Onnodig veel pijn. Wij roepen dit jaar opnieuw de Nederlandse regering op om eindelijk haar verantwoordelijkheid jegens de overlevenden van Srebrenica te nemen. Daarbij hoort ook dat Nederland blijvend fondsen beschikbaar stelt voor de wederopbouw van Srebrenica en de (vrijwillige) terugkeer van vluchtelingen. Wat betekent deze juridische uitspraak voor ons als burgers van Nederland? Wij moeten de feiten erkennen en daarnaar handelen. De Bosniërs in Nederland verdienen onze solidariteit en kunnen ondersteuning om hier een nieuw leven op te bouwen nog steeds goed gebruiken. Ook de overlevenden in Bosnië-Herzegovina verdienen onze ondersteuning – in hun strijd voor waarheid en gerechtigheid, in hun pogingen om opnieuw een bestaan op te bouwen in eigen land, waar etnisch nationalisme nog steeds hoogtij viert en waar etnische afkomst belangrijker is dan burgerschap. We willen ons inzetten voor een Nationaal Srebrenicamonument en ook waarheidsvinding is geboden waarbij – anders dan bij het NIOD-rapport en de parlementaire enquêtecommissie - het perspectief van de slachtoffers uitgangspunt moet zijn. Graag zouden we hierin samen optrekken met onze regering en andere belanghebbenden. Enkele recente vonnissen van het Joegoslavië-Tribunaal hebben geleid tot een discussie over een mogelijke koerswijziging van de Tribunaal. Voor ons staat vast dat de processen tegen Ratko Mladic en Radovan Karadzic, aangeklaagd vanwege onder andere de genocide van Srebrenica, alleen kunnen leiden tot een veroordeling. Het erkennen van de waarheid over Srebrenica is nodig. Opdat een tragedie als deze nooit meer zal voorkomen. Wij staan vandaag stil bij de mensen die 18 jaar geleden werden vermoord, in het bijzonder bij de … mensen die vandaag in Potocari worden begraven. Vandaag zullen hun namen ook hier klinken. Ik wens ons samen toe dat wij hen waardig herdenken.
IKV PaxChristi, Platform BiH, Politiek Comite Stari Most, IZBN, Vereniging van Overlevenden van Genocide van Srebrenica95 en Mladi BiH