Monday, July 01, 2013

FOTO-EXPOSITIE "VROUWEN VAN SREBRENICA"

1 juli 2013 - 31 juli 2013 In de hal is in juli de expositie ‘De vrouwen van Srebrenica’ van de Duitse journalist Sead Husic (1974). De grote portretten zijn voor het eerst in Nederland te zien. “Ik bezocht de vrouwen van Srebrenica de eerste keer in juli 2002, om een reportage over hen te schrijven. Wat ik over de vereniging ‘Vrouwen van Srebrenica’ wist, was niet veel. Nieuwsgierig reed ik naar Noord-Bosnische stad Tuzla voor een ontmoeting met Hajra Catic, woordvoerder van de vereniging. Ze was omgeven door honderden portretfoto’s van de vermoorde mannen, jongens en kinderen. Ik bekeek de oude zwart-wit opnames van lachende mannengezichten, polaroidopnames van stralende mensen, foto’s als herinnering: bij nieuwjaarsvieringen, bij verjaardagen, snapshots van gelukkige jongens en mannen op vakantie. Ze kijken serieus en trots in de camera. En dan zijn er foto’s van kinderen. Het jongste kind dat vermoord werd, was zeven jaar oud.” De moslimenclave Srebrenica in Bosnië stond in 1995 onder bescherming van Nederlandse militairen en was door de VN tot ‘safe area’ verklaard. Op 11 juli 1995 werd de enclave door Bosnische Serviërs onder de voet gelopen, waarna ruim 8000 jongens en mannen bij etnische zuiveringen werden vermoord. Op 11 juli 2013 is van 10.00 tot 17.00 uur in het auditorium doorlopend een film te zien over de werkwijze van Sead Husic voor de fotoserie 'Vrouwen van Srebrenica' (met Engelse ondertiteling). Geraakt Sinds de ontmoeting met weduwe Hajra Catic was Sead Husic geraakt door het leed van de vrouwen. Hajra vertelde hem dat het lichaam van haar zoon Nihad nooit is gevonden. De vereniging Vrouwen van Srebrenica strijdt ervoor dat de overheid niet ophoudt met de zoektocht naar vermoorde verwanten totdat de overblijfselen van iedere dode gevonden zijn. “Toen ik mij het jaar daarna intensiever met Srebrenica bezig hield, viel mij op dat de vrouwen in de openbaarheid van de media geen gezicht hebben. Er zijn wel reportagefoto’s van de rouwende vrouwen aan de graven, echter deze beelden zijn te afstandelijk. Ik wilde de vrouwen in de ogen kijken en hun gezichten laten zien. Iedere bezoeker zou de vrouwen in het gezicht moeten kijken,” aldus Husic. Namen In 2011 ging Sead Husic terug naar Tuzla om vrouwen te zoeken die geportretteerd wilden worden. Maandelijks gedenken de vrouwen op de elfde dag hun vermoorde mannen met een protestmars in het centrum van de stad. “Ik vroeg aan iedere vrouw, welke familieleden vermoord zijn om dit bij de foto’s bij te kunnen vermelden. Hoewel ik wist, dat mijn vragen moeilijk zouden zijn, was het erger dan ik verwacht had. Alleen al het uitspreken van de namen viel de vrouwen zwaar.” Ajka Husic (geen familie) betreurde de moord op meer dan zeventig van haar mannelijke verwanten. “Ze begon meerdere keren, veranderde iedere keer de volgorde totdat zij me uiteindelijk radeloos aankeek en vroeg wie van haar zonen ze het eerst moest noemen. Op welke plek zouden haar echtgenoot, vader, broer moeten staan?” Potocari De tweede portretsessie vond – op verzoek van de Vrouwen van Srebrenica – plaats in de hal van de voormalige batterijenfabriek in Potocari, vlakbij Srebrenica. In de barakken naast deze hal was het hoofdkwartier van Dutchbat gestationeerd. De hal is nu een plek om te herdenken. “Toen Suhra Malic voor mijn camera zat, sprak ze de namen van haar vermoorde zonen Fuad en Suad uit en tranen stroomden over haar wangen. Ik was er niet zeker van of ik haar zo zou fotograferen. Van het ene op het andere moment veegde ze haar gezicht af en zei dat ik nu de foto moest maken.” Foto's boven: Hajra Catic verloor haar enige zoon en haar echtgenoot; zij is woordvoerder van de 'Vrouwen van Srebrenica'. De vader, drie broers en drie ooms van Vasvija Kadic werden vermoord. Het bijbehorende foto-boek met alle portretten van gefotografeerde vrouwen is in onze museumwinkel te koop (40 euro).

0 Comments:

Post a Comment

<< Home